“Stofzuigen in de ruwbouw”??
Realisatie van de vloer
Na het bouwrijp maken van het terrein komt al snel de volgende fase in het bouwproces: de vloer. Ook die vraagt vanwege de C2C-aanpak om speciale aandacht. Nog extra, omdat opdrachtgever en architect hoge eisen stellen aan de esthetiek. Dit heeft vergaande consequenties bij de uitvoering van de bouw. Het kostte wat hoofdbrekens , maar het is Berghege gelukt om de vloer op te leveren zoals bedoeld. Projectleider Henk Peters: “Door continu vooruit te denken en elk besluit vergaand op zijn consequenties te wegen verwachten we op een mooi resultaat uit te komen.”
Betonvloer zonder afwerking
Projectarchitect Dick van Wageningen van Claus en Kaan Architecten bedacht voor NIOO een ruwe betonvloer zonder de reguliere hoogwaardige afwerkingslaag. Een dergelijke afwerkingslaag past per definitie niet in het C2C-principe. Henk: ”Bovendien mocht geen Portlandcement gebruikt worden als bindmiddel voor het beton. Daarom is gekozen voor hoogovencement dat bestaat uit ijzerslakken. Voor de verharding en verdichting van de toplaag en het voorkomen van uitdroging is de vloer afgewerkt met Moxilon. Deze oppervlakteverharder op waterbasis bevat geen schadelijke stoffen.” Hij vervolgt: “Daarna wordt de vloer heel licht gepolijst, zodat er een mooi glanzend oppervlak ontstaat. Hiermee hebben we een eindvloer, terwijl we nog in de fase van ruwbouw zitten.”
Geen correctie mogelijk
Bijkomend nadeel was dat de betonvloer meteen voorzien moest worden van vloerverwarming, een handeling die normaliter pas bij de afwerkvloer aan de orde is. Henk: “Tijdens de hele bouw van het project moet er nog met ruwe materialen op de vloer gewerkt worden. Zo moeten de wanden nog gezet worden. Om de vloer zo goed mogelijk te beschermen, hebben we op de volledige oppervlakte vloerbedekking gelegd. Ziet er prachtig uit, maar niet echt cradle tot cradle, want deze vloerbedekking gooien we straks gewoon weg. Een andere keuze hebben we echter niet.” Henk vertelt verder: “Nu de vloer eenmaal is afgewerkt, kunnen we hem niet meer corrigeren. Dat betekent dat we al voor het leggen van de vloer heel ver vooruit moesten denken en alle consequenties feilloos moesten kunnen doorzien. Een vallende hamer kan al fataal zijn. En tempexkorrels zouden ons in het sluitstuk kunnen nekken. Deze stijgen namelijk op en maken putjes in de vloer. Resultaat is dat we nu met regelmaat de ruwbouw zeer secuur stofzuigen om elk tempexkorreltje te verwijderen.” Extra dilemma is dat er niet meer geboord mag worden nu de vloerverwarming al in de vloer zit. "Lastig dus bij het zetten van de wanden. Hiervoor hebben we een alternatief bedacht. Bovenop de vloerbedekking zijn tijdelijk betonplaten gelegd. Daar hebben we de schoren in verankerd.”
Precieze wapening
Nu de vloer ook meteen een eindvloer is, zijn krimpen en scheuren natuurlijk uit den boze. Toch zijn deze in geen enkele betonvloer te voorkomen. De maximale scheurbreedte is normaal 0,2 mm. Dat is een strenge eis. Architect Dick van Wageningen schroefde deze eis nog eens op tot 0,1 mm. Henk: “Een bijna onmogelijke eis, vooral ook omdat de afvoerputten en leidingen verwerkt moeten worden in deze eindvloer. Wat je ook bedenkt, het blijft toch handwerk. De oplossing is gezocht in de intensiteit van de wapening. Die kwam absurd precies. Niet te veel of te weinig, het zou allebei funest zijn.”
Koele witte kleur
Ook voor de kleur van de betonvloer hadden architect en opdrachtgever bijzondere eisen. Henk: “De architect wilde een koele witte vloer. In de samenstelling van het beton moest dus licht zand en wit grind gebruikt worden. Om de kleur te kunnen testen, hebben we vier weken voor de start van de bouw proefvakken van 4 x 4 meter gemaakt, waarin verschillende samenstellingen zijn uitgeprobeerd. Uiteindelijk is het gelukt om de goede kleur te krijgen. Maar je weet het nooit zeker bij zo’n vloer. Het blijft toch natuur.”